Slachtoffers van massamoord in Srebrenica herdacht in Den Haag

12 July 2024, 07:15 uur
Den Haag & Regio
mainImage
NMSG95

Voor het voormalig Joegoslavië Tribunaal aan het Churchillplein in Den Haag is donderdag een krans gelegd door bestuursleden van de stichting Nationaal Monument Srebrenica Genocide ‘95.

Bestuurslid Samir Hajdarević noemde tijdens zijn speech het gemis van een monument ter nagedachtenis aan de slachtoffers van de genocide in Srebrenica in 1995. “Bijna drie decennia na deze tragische gebeurtenis is er nog steeds geen tastbaar eerbetoon om de 8.372 vermoorde Bosniak-mannen en -jongens te herdenken.” De stichting heeft in de afgelopen jaren nauw samengewerkt met de gemeente Den Haag om een geschikte locatie te vinden voor een monument.

De Haagse wethouder Saskia Bruines van Financiën, Cultuur en Economische ontwikkeling sprak tijdens de herdenking. “De genocide van Srebrenica is ons gedeeld verleden. Juist daarom vindt de gemeente Den Haag het belangrijk dat er een waardig monument komt dat herinnert aan de slachtoffers van Srebrenica. Samen met alle betrokken organisaties en groeperingen werken we aan het realiseren ervan. Hopelijk is het volgend jaar klaar.”

De NOS meldde donderdag dat een monument bij het voormalig Joegoslavië Tribunaal op problemen stuit. "Het Rijk, eigenaar van het gebouw, heeft een gegadigde voor het gebouw, een internationale organisatie die zich er wil vestigen, met de nodige veiligheidseisen. Dan is een monument waar regelmatig bezoekers komen en bijeenkomsten zijn geen ideale invulling", aldus een betrokkene tegen de NOS. Daarom is de gemeente op zoek naar een tijdelijke locatie, in afwachting van overeenstemming over een permanente plek.

Dutchbat III

Tijdens de oorlog in Joegoslavië van 1991 tot 1999 viel op 11 juli 1995 de Bosnische enclave Srebrenica in handen van de Bosnische-Servische troepen. Tijdens die inname werden meer dan 8.000 Bosniak-mannen en -jongens gedeporteerd en vermoord. De enclave stond onder toezicht van Nederlandse UNPROFOR-militairen, beter bekend als Dutchbat III. Zij waren niet in staat deze genocide te voorkomen. De Bosnisch-Servische militairen stonden onder leiding van generaal Ratko Mladic, die net als de politieke leider Slobodan Milosevic, later berecht werd door het Joegoslavië tribunaal van de Verenigde Naties in Den Haag.